Castratie Fret

Mannetjes die als huisdier worden gehouden, en waar niet mee wordt gekweekt, kunnen beter op een leeftijd van 6-9 maanden worden gecastreerd. Niet-gecastreerde mannetjes gaan met name in de bronsstijd behoorlijk stinken, hun gedrag wordt ook wat onrustiger en andere fretjes worden besprongen. Na de castratie worden ze rustiger en verdwijnt de stank.

Oormijt Fret

Deze mijt leeft in de oren van de hond, de kat en de fret. Hoewel besmetting van fret naar hond of kat en vica versa zelden voorkomt, is dat wel mogelijk. De besmetting onderling tussen fretten gaat erg snel. Moederfretten geven het door aan hun jongen. Vrijwel iedere fret, die niet reeds behandeld is, heeft oormijt.

Deze mijt veroorzaakt een oorontsteking. Aan de binnenkant van de oorschel is roodbruin tot donkerbruin oorsmeer te zien, met eventueel korsten. Door de jeuk schudt de fret met zijn kop en kbrabt hij aan zijn oren.

Met een wattenstokje kan wat oorsmeer uit het oor worden gehaald. Onder de microscoop zijn de mangpotige mijten dan makkelijk zichtbaar.

Verwaarloosde infecties moeten worden behandeld met een vloeibaar middel tegen oormijt en oorontsteking.

Voeding papegaaien

– voeropname 100 gr / per dag / per kg lichaamsgewicht

– drinkwateropname is + 40 cc/per kg vogel afhankelijk van de toevoeging van andere waterrijke voederbestanddelen.

VOEDERSCHEMA voor grijze roodstaart van 400 gr

Voederopname is 40 gram/dag

s’Morgens : 2 eetlepels zaadmengsel (10 gram) en 2 eetlepels nutribird P15 apart verstrekken.

Nutribird P 15 is levensnoodzakelijk vermits ze de nodige vitamines en mineralen bevat die niet terug gevonden worden in de zaadmengeling.

s’Middags : als de nutribird volledig op is kan 1 eetlepel zaadmengsel worden toegevoegd.

s’Avonds : versnapering (vlees, vis, kaas, stukjes fruit zoals appel, peer, banaan of een stukje rauwe wortel).

Zaadmengsel = gelijke delen papegaaienmengsel en parkietenzaad.

Wilg- of fruitboomtakken voor de knaaglust zijn ook gewenst

Ook piksteen voor de kalkbehoefte.

Kliermaagdilatatiesyndroom bij de grijze roodstaartpapegaai

Het kliermaagdilatatiesyndroom of proventricular dilatation disease is een virale infectie( bornavirus) die het centraal zenuwstelsel aantast en een fataal verloop kent. Het komt voor bij een 50 tal verschillende papegaaisoorten en zowel bij wildvang als bij handopfok vogels. Deze ziekte werd vroeger de macaw wasting syndroom genoemd omdat het oorspronkelijk enkel bij ara’s voorkwam. De klinische zenuwtekens variëren nogal gaande van abnormaal gedrag, ataxie en tenslotte verlamming. Ook de kliermaag en de spiermaag geraken verlamd. De aangetaste vogel is niet meer in staat voedsel te verteren en te absorberen en lijdt tenslotte aan blijvend gewichtsverlies en spieratrofie. De vogels regurgiteren onverteerde zaden en ook in de stoelgang vind men onverteerde zaden terug. De vogel verzwakt, wordt lusteloos en kwijnt weg. De klinische tekens zijn veroorzaakt door ontstekingsreacties die zich voordoen in het centraal en perifeer zenuwstelsel. Ontstekingscellen (lymfocyten en plasmacellen) penetreren in de locale zenuwganglia van de spijsverteringsorganen. Soms kan enkel het centraal zenuwstelsel aangetast worden. De ziekte komt zowel voor bij jonge als bij oudere vogels. De jongere vogels vertonen wel ergere ziektetekens. Niet alle vogels die in aanraking komen met het virus vertonen ziektetekens. Sommige vogels ontwikkelen antistoffen en zouden fungeren als dragers van de ziekte. De meeste vogels vertonen ziektetekens weken na in contact gekomen te zijn met het virus. De meesten sterven na enkele maanden tot 1 jaar aan ontbering. Een bloedonderzoek toont de volgende afwijkingen: hypoproteinemie, hypoglycemie, heterofilie, anemie en stijging van creatinine fosfokinase tgv zenuwweefselbeschadiging. De diagnose van de ziekte wordt gesteld aan de hand van ziektetekens, röntgenopnames met contrast en kropbiopsie. Een meer zekere diagnose kan bekomen worden door het aantonen van antistoffen in het bloed, een test die enkel in Amerika te verkrijgen is. Autopsiebevindingen zijn atrofische spieren, uitgezette slokdarm, magen en darmen. Zieke vogels eindigen meestal met euthanasie. Ontstekingsremmers kunnen de symptomen verlichten en men zoekt ook de werking uit van amantadine, een antiviraal geneesmiddel.

Castratie Degoe

De degoe leeft oorspronkelijk in Chili en komt daar voor in rotsachtige gebieden. Het diertje wordt bij ons vaak gehouden als huisdier. Ze zien er uit als een rat maar ze behoren tot de orde van de cavia-achtigen. Degoe’s zijn uitgesproken groepsdieren zodat je ze beter niet alleen houdt. Het diertje zou sterven van eenzaamheid. Een vrouwtje samen met een gecastreerd mannetje is een goede combinatie.

In de praktijk werden twee degoe’s aangeboden waarvan het geslacht niet gekend was. Bij nader onderzoek was er een man en een vrouwtje. De afstand tussen anus en geslachtsopening is bij mannetjes groter dan vrouwtjes.

Een gecastreerde degoe kan pas 3 weken na de operatie bij het vrouwtje gezet worden omdat hij die ganse tijd nog vruchtbaar is en de wonde nog een tijdje nodig heeft om te genezen. 

Het mannetje werd gecastreerd.
degoe3
De inductie gebeurde via gasanesthesie in een kooitje. De verdoving werd onderhouden met een maskertje dicht aangesloten op het muiltje.
Het diertje herstelde vlot na de operatie.